De oorkonde met zogeheten stadsrechten van graaf Floris V uit 1266 wordt gezien als geboorteakte van de stad Leiden. Feitelijk bevestigde hij rechten die zijn voorgangers al gegeven hadden en voegde er enige aan toe. De eerste rechten dateren waarschijnlijk al van voor 1200. Bij het aantreden van iedere nieuwe graaf werd over de stadsrechten onderhandeld en werden ze aangepast.
De stadsrechten maakten het mogelijk dat Leiden zich als plaats verder ontwikkelde. Er kwam meer duidelijkheid over de financiƫle en militaire verplichtingen die de stad had jegens de graaf. Bovendien kregen de stedelingen bepaalde handelsvoordelen, zoals vrijstelling van tol.
Rechtspraak en bestuur
De stadsrechten bevatten daarnaast bestuurlijke en juridische regelingen. De burgers (poorters) mochten zelf verordeningen (keuren) opstellen en bestuurders voordragen. De gewone rechtspraak kwam in handen van de stad, maar zware misdrijven bleven een zaak van de graaf.