In 1785 stelden vertegenwoordigers van vijftig patriotse vrijkorpsen uit Holland in Leiden een gezamenlijk manifest op, het Leids Ontwerp. Zij waren ontevreden over het stadhouderlijk bewind en wilden het bestuur hervormen.
Na de verloren oorlog met Engeland (1780-1784) was de kritiek op stadhouder Willem V gegroeid. Men was ontevreden over het buitenlandbeleid, de defensiepolitiek en het onvermogen de economische neergang te keren. Net als elders wilden democratisch gezinde, vaak gegoede burgers en jonge regenten het bestuur hervormen. Zij noemden zich patriotten. Onder hen de doopsgezinde fabrikant Pieter Vreede en predikant F. A. van der Kemp.
Oranjegezinde Leidenaren onder leiding van de kleurrijke Johannes le Francq van Berkhey wilden juist dat de stadhouder de macht van de regenten zou beperken. Een Oranjeoproer werd in 1784 onderdrukt. Patriotten kregen steeds meer macht. Leiden werd een Patriots bolwerk.